A gooit zijn bal naar B.
B passt deze bal onderhands terug, draait zich om en verplaatst zich achterwaarts naar de aangegeven positie.
C gooit zijn bal naar B.
B passt deze bal onderhands terug, draait zich om en verplaatst zich weer achterwaarts naar zijn uitgangspositie.
Aangooi is op borsthoogte!